Eric Beurskens was 20 jaar raadslid in Horst aan de Maas, voor hij er wethouder werd. Als raadslid vroeg hij zich telkens af, ‘hoe ga ik de toekomst veranderen’? Hij wilde daarbij verder vooruitkijken dan dat wat er nu speelt, dan wat zijn eigen generatie dicteert. Nu hij wethouder is, kan hij ook werkelijk het venster bijstellen. En in deze visie is duurzaamheid een grote speler.
Eric, waar komt jouw passie voor duurzaamheid vandaan?
“Toen ik opgroeide, was bezit heel relevant. We waren ergens wel materialistisch, met zijn allen. Het geluk werd gemeten aan een dure auto en mooie keuken. Maar nu zie je daar een enorme kentering in plaats vinden, gaan we ons afvragen wat ons beweegt op deze aarde. Dat spreekt mij aan, we moeten met elkaar echt verder vooruit kijken. Waar wil je naartoe en hoe doen we dat met elkaar? Want duurzaamheid gaat niet alleen over groen, het gaat ook onze sociale omgeving.”
Je komt uit een liberaal nest, past dat er wel bij?
“Ik ben inderdaad geboren in een ondernemersgezin. En ja, nog steeds vind ik, hard werken, daar is niets mis mee. Ik denk ook dat mensen van nature graag voor zichzelf zorgen. Maar als dat niet kan, dan moeten we ook elkaar helpen. En als liberaal zeg ik over groen: je mag best wel veel vragen van deze aarde, maar dan moet je ook veel teruggeven. Dat is mijn persoonlijke drive op duurzaamheid.”
Ik denk dat mensen van nature graag voor zichzelf zorgen. Maar als dat niet kan, dan moeten we elkaar helpen.
Wat zijn de speerpunten van Horst aan de Maas op het gebied van duurzaamheid?
“We willen gezond zijn, letterlijk als mensen, financieel en in klimaatdoelstellingen: een gezonde blik op de toekomst dus. We hebben in het kader van duurzaamheid een programma gemaakt, onder de titel #wijgaangroen, waarin klimaatadaptatie, biodiversiteit & natuurontwikkeling, werken aan circulariteit, klimaatneutraliteit en energieopwek & besparing voor inwoners en bedrijven centraal staan. Die laatste is ook belangrijk, want de inwoners gebruiken bij ons maar een klein deel van onze energieconsumptie.”
En wie zorgen dan voor het leeuwendeel?
“Horst aan de Maas is de grootste plattelandsgemeente van Limburg en het twee na grootste tuinbouwgebied van Nederland. Onze duurzame agenda heeft dus twee kanten. Hoe betrekken we de inwoners bij duurzaamheid en hoe stimuleren we bedrijven niet meer te gebruiken dan nodig. Voor de inwoners zijn we bijvoorbeeld veel strenger geworden in onze afvalinzameling, met een daverend succes. We zijn de afvalscheidingskampioen van Nederland: per inwoner staat er nu nog maar 25,4 kilo restafval, tegenover ruim 127 kilo hiervoor. En nu zijn we hard bezig met het verduurzamen van de mobiliteit in onze gemeente en regio. En daar werken we met 8 regio gemeenten, bedrijfsleven en onderzoeks- en kennisinstellingen hard aan onder de naam Trendsportal.”
Dat is een belangrijk onderdeel van DeeldeZon. Kun je hier iets meer over uitleggen?
“Momenteel onderzoeken we nieuwe vormen van energiegebruik in de mobiliteit, zoals meer elektrische auto’s en auto’s op waterstof. Ook onze ambtenaren mogen voor dienstkilometers niet meer hun eigen auto gebruiken – wij gebruiken alleen nog maar elektrische deelauto’s binnen de gemeente. Wij denken echt dat dit de toekomst is. De jeugd hoeft niet per se een auto voor de deur te hebben staan, die willen vooral mobiel kunnen zijn. Ze zijn gewend om te delen, zijn meer verbonden met vreemden ook doordat ze online zijn. En ja, waarom zou je een auto voor de deur hebben staan, zeker als je hem weinig gebruikt?”
Omdat een eigen auto handig is?
“Dat is een oude opvatting. Een auto kost zoveel geld, afschrijvingen en onderhoud. Minder auto’s geeft ook minder parkeerplaatsen. De omgeving wordt hiermee een stuk leefbaarder. Daarom zijn we onderdeel geworden van DeeldeZon, en willen we vier locaties starten in deelmobileit en groene energie.”
De jeugd hoeft niet per se een auto voor de deur te hebben staan, die willen vooral mobiel kunnen zijn.
Hoe werkt dat?
“In Meerlo hebben we een sporthal met zonnepanelen op het dak. Deze zonnepanelen wekken veel energie op, wat vaak teveel is voor alleen de sporthal. Door de zonnepanelen te koppelen aan een slimme laadpaal voor de deelauto, wordt de auto niet zomaar opgeladen als de stekker erin zit, maar zoveel mogelijk als er veel energie wordt opgewekt. Dat is zeker relevant nu we weten dat duurzame energie wordt weggegooid als het niet direct wordt gebruikt.
Je kunt zonne-energie toch ook terugleveren aan het netwerk?
Door dit project kun je meer zonnepanelen plaatsen dan alleen voor het gebouw. We zullen er uiteindelijk ook voor zorgen dat de auto’s niet alleen slim worden geladen, maar ook V2G zullen terugleveren. Hiermee wordt de accu van de auto als het ware een oplaadbare batterij en kunnen we veel meer zonnepanelen zetten op daken in de wijk, omdat de zonne-energie niet meer wordt weggegooid. Door V2G kan de auto worden ingezet als wijkaccu en kunnen we er verschillende huizen mee van stroom voorzien”.”
V2G betekent Vehicle To Grid en vormt een belangrijk onderdeel van de DeeldeZonprojecten. Door het plaatsen van een bidirectionele laadpaal worden de elektrische deelauto’s opgeladen wanneer veel zonne-energie voorhanden is (smart charging). Op een later moment, wanneer de zon niet schijnt, kan de laadpaal de auto gedeeltelijk ontladen en terugleveren aan het gekoppelde pand of het wijknetwerk.
Welke duurzaamheidsuitdagingen heeft uw gemeente op dit vlak?
“We hebben veel verschillende inwonersgroepen. Actieve dorpskernen, rustige plattelandsgebieden. Mensen die goed verdienen, mensen die weinig te besteden hebben. We willen iedereen meekrijgen met duurzame mobilteit en dat is soms best een opgave, om iederéén ervan bewust te maken. Daarom is een project als DeeldeZon een uitgelezen kans voor onze gemeente, omdat we dan niet helemaal het wiel zelf uit hoeven te vinden. Met kleine stapjes kunnen we mensen in de richting duwen van een duurzame toekomst.”